Nader tot Reve: Nieuwsarchief Naar de homepage van Nader tot Reve
tak
Robert Jasper Grootveld en Gerard Reve
4 augustus 2009
Wie herinnert zich Robert Jasper Grootveld nog? In de jaren vijftig en zestig trok deze flamboyante man met zijn in opvallende uitdossingen uitgevoerde acts volop de aandacht in Amsterdam en omstreken. Zijn grootste bekendheid kreeg hij als antirook magiër. In een kliniek waar hij in de zomer van 1961 revalideerde nadat hij bij het maken van een handstand op een stoel (een acrobatische toer waarmee hij hoopte vrouwen te imponeren) tamelijk hard met zijn hoofd op de grond was terecht gekomen, werd hij geconfronteerd met het fenomeen sigarettenverslaving. Begin jaren zestig rookten bijna alle mannen en mocht er ook bijna overal gerookt worden. De enkele berichten over de schadelijke gevolgen van roken werden weggewuifd.
In het herstellingsoord waren sigaretten echter taboe en aan deze regel werd streng de hand gehouden. Met als gevolg dat de patiënten last kregen van ontwenningsverschijnselen.
"Suster, suster, als ik nou een sigaretje had, dan was ik niet zo vervelend", drensden de mannen op zaal. Het heeft Robert Jasper de ogen geopend.
"De eerste Nederlandse sigarettenfabriek heette de firma Kerckhoff. Geeft dat niet te denken, heren?!", hield hij zijn medepatiënten voor. Deze confronterende opmerking werd niet op prijs gesteld. Het sterkte hem in de overtuiging dat er nog erg veel werk te verrichten viel.
Grootveld aan het kalken
Net ontslagen uit het ziekenhuis, trok hij de gehele dag door Amsterdam om op de vele reclameborden voor sigaretten die het stadsbeeld in die tijd nog opvrolijkten, met grote letters het woord 'KANKER' te kalken. Later speelde hij een prominente rol bij de happenings rond Het Lieverdje, het beeldje op het Spui dat dankzij een donatie van sigaren- en sigarettenfabriek Mignot en De Block in september 1960 kon worden onthuld. Aardig detail: Robert Jasper Grootveld was zelf een kettingroker en had er geen enkel probleem mee stug te blijven doorpaffen. Op 26 februari 2009 is hij, op 76-jarige leeftijd, aan de gevolgen van een longziekte overleden.
Reve
In de biografie Magiër van een nieuwe tijd. Het leven van Robert Jasper Grootveld die Eric Duivenvoorden aan deze kleurrijke Amsterdammer wijdde en die kort voor diens overlijden verscheen, is ook een aantal passages aan Reve gewijd. De biografie heeft zelfs tot enige opwinding geleid. Is er een onbekend verhaal van Reve opgedoken?
De toekomstige volksschrijver en de antirook magiër in spe hebben elkaar in het najaar van 1959 leren kennen, toen Sanny Hemerik, een vriend van Grootveld, was gearresteerd "wegens onzedelijke omgang met een minderjarige jongen." Journalist Jan Vrijman en Robert Jasper Grootveld nemen het voor hem op en schrijven diverse kranten een brief. Om hun actie wat meer gewicht te geven, vragen ze verschillende min of meer bekende Amsterdammers de brief te ondertekenen. Onder de sympathisanten treffen we, behalve Remco Campert, Cees Nooteboom en Opland, ook "Gerard K. van 't Reve, auteur" aan.
Als Vrijman en Grootveld bij Reve aankloppen om zijn medewerking te vragen, is deze direct gecharmeerd van de tengere, blonde jongen met zijn blauwe ogen. "Hij vond me wel een bijzondere knaap", weet Grootveld zich bijna vijftig jaar na dato nog te herinneren. De twee gaan een jaar of twee regelmatig met elkaar om.
Omslag biografie
Gerard Reve woonde in die tijd met zijn partner Wim Schuhmacher (Wimie) in een huis aan de Ouderzijds Achterburgwal, dat ze delen met Hanny Michaelis. De ruzies tussen de voormalige echtelieden, waarbij Hanny de meest vreselijke scheldwoorden naar het hoofd geslingerd krijgt, maken grote indruk op de jonge actievoerder.
Grootveld is hetero, maar heeft in de loop der jaren heel wat homoseksuele ervaringen opgedaan. Het gaat hem hierbij, aldus Duivenvoorde, niet om de seks, maar om de aandacht en de genegenheid die hij krijgt, en het gevoel ergens bij te horen. Een enkele keer heeft hij zich voor zijn diensten laten betalen.
Ook met Reve deelt hij het bed. En ook dankzij Reve hoort hij nu weer ergens bij. Hij wordt geïntroduceerd in huize Jagtlust, het Gooise landhuis van Fritzi ten Harmsen van der Beek (Oofi), waar in die jaren een schare kunstenaars en intellectuelen zich met veel inzet overgeven aan drank, seks, drugs en allerlei vormen van creativiteit.
Jagtlust
In Jagtlust voert Robert Jasper Grootveld een van zijn acts op, waarin hij Gilles de Marechal (Gieltje), het zoontje van Fritzi ten Harmsen van der Beek betrekt. Reve doet er eind 1962, in zijn Brief uit Amsterdam uit Op weg naar het einde, tamelijk schamper verslag van.
"(…) in welke algemene ruïne de wonderdokter R.J. Grootveld (bestrijder van Kanker en vele verslavingen, transvestiet en exhibitioneel activist), die op een sofa in de feestzaal de nacht had doorgebracht en zijn drie dagen tevoren koperkleuring geverfd haar, ondanks vele wassingen, niet zelfs in de verte zijn natuurlijke kleur had weten te hergeven - wat in de genadeloze ochtendzon wel bleek - en wiens schouders nog bedekt waren met talkpoeder van de avond tevoren toen hij, met een theemuts op het beschilderde hoofd, lakens om het lichaam gedrapeerd en met een groen crêpe papier omgeven stormlantaarn, samen met Oofi's zoontje, G., een zelf verzonnen onbegrijpelijk zangspel of Recitatief had proberen op te voeren, waartoe hij de kleine G., zonder aanwijsbare noodzaak, in dameskleren had uitgedost (wat Oofi een sedert onuitroeibare vrees jegens hem heft ingeboezemd), in het aksent en de syntaxis van ongeletterdheid en met de stotende, lichtelijk kwerulante intonaatsie die hem eigen zijn, probeerde de kleine G. uit een kinderboek voor te lezen, daarbij de stompzinnige tekst door kommentaar, eigen varianten en versierselen alleen nog erger makend."
In 1960 kunnen Reve en Grootveld het echter nog prima met elkaar vinden. Robert Jasper krijgt van de schrijver een exemplaar van De Avonden cadeau, waarin deze voorin een foto van zichzelf heeft geplakt en een opdracht heeft geschreven. "In thankful memory of my days with Robert Jasper". De opdracht is gedateerd 27 oktober 1960. Het is een curieuze uitgave want het bestaat voor het grootste deel uit blanco bladzijden. Wellicht meende Reve dat zijn vriend aan dit exemplaar wel voldoende zou hebben, omdat deze er eerder geen geheim van had gemaakt niet erg onder de indruk te zijn van De Avonden
De trip
In de loop van 1962 is het contact tussen Reve en Grootveld verwaterd. Mogelijk krijgt Reve genoeg van de bizarre escapades van de antirook magiër. Uit bepaalde passages uit de brieven aan Wimie kan worden opgemaakt dat hij Grootveld steeds meer op afstand houdt.
Twee gebeurtenissen uit de periode hiervoor zijn nog de moeite van het vermelden waard.
Eind november, begin december 1960 roken Grootveld en Reve thuis samen een stickie. Robert Jasper is een ervaren gebruiker, Gerard niet. En de marihuana valt bij hem totaal verkeerd. Een doodsangst maakt zich van hem meester die ook nog eens overslaat op zijn kompaan. Samen rennen ze naar buiten, op zoek naar een taxi die hen naar een ziekenhuis kan brengen. "Het is de schuld van de negers. Een complot. We moeten naar de politie", roept Grootveld de taxichauffeur toe die uiteindelijk voor hen stopt. "Nee, in godsnaam naar het ziekenhuis", weet Reve nog uit te brengen. Op een eerste hulp post wordt hij met behulp van broom weer bij zijn positieven gebracht.
Reve heeft met geen woord over deze bad trip gerept. Grootveld vermeldt het voorval evenmin in zijn geschriften. Dankzij een column uit 1970 van Johnny van Doorn in De Haagse Post, is het incident toch aan ons over geleverd. Van Doorn heeft de gebeurtenissen gereconstrueerd op basis van wat Grootveld hem er jaren later over heeft verteld.
Het verhaal
In december 1960 (of daaromtrent) verschijnt in enkele exemplaren het eenmalige tijdschrift Rabarber. Het is grotendeels door Robert Jasper Grootveld volgeschreven, maar er staan ook enkele bijdragen van anderen in. Zo is het eerste deel van een vervolgverhaal ("een pornografise novelle") opgenomen, getiteld De sadist dat zeer Reviaans van toon is en waarin bovendien als hoofdpersoon Frits van Egters optreedt. Is het ook door Reve geschreven?
Biograaf Eric Duivenvoorden meent van wel. De tekst onderscheidt zich van de andere bijdragen door een juiste interpunctie en het vrijwel ontbreken van spelfouten (Grootveld maakte aan de lopende band spelfouten). Bovendien waren er in 1960 niet veel personen die een zo grondige kennis van Reves stijl en woordgebruik hadden dat ze in staat waren een dergelijke pastiche op papier te zetten. Grootveld moet deze imitator dan ook nog eens goed hebben gekend.
Reve-kenner en Reve-biograaf Nop Maas heeft het verhaal echter als niet-authentiek van de hand gewezen. De stijl wijkt te zeer af van het overige werk van Reve en er komen woorden in voor (zoals 'veuls') die de auteur elders nooit heeft gebruikt.
"Het kan zijn dat Reve het verhaal in een dronken bui aan Grootveld heeft gedicteerd, die het vervolgens beneveld en slordig heeft opgetikt. Maar dat is zeer onwaarschijnlijk.", aldus Maas. Mede gezien Grootvelds abominabele kennis van de Nederlandse spelling, is deze mogelijkheid inderdaad te verwaarlozen.
De vraag blijft staan wie dit verhaal eind 1960 dan wel heeft geschreven.
Noten
1. E. Duivenvoorden, Magiër van een nieuwe tijd. Het leven van Robert Jasper Grootveld. Amsterdam-Antwerpen 2009. De gegevens in deze bijdrage zijn aan deze biografie ontleend
2. G.K. van het Reve, Op weg naar het einde, Amsterdam 1963, 52
3. G. Reve, Brieven aan Wimie, Utrecht 1980, 28, 32, 43, 59.